top of page
Fréderic

Deel 5 : De Regen en de Rat

Het is regenseizoen, maar wat nu uit de lucht valt is geen regen. Dit is een pure zondvloed waarvoor Noah zijn ark heeft gebouwd. We zitten ondertussen 24 uur in Ubud, de plaats waar we ons willen vestigen, en van die 24 uur heeft het ongeveer 20 uur geregend en in het voorbije uur stonden de hemelsluizen wagenwijd open. Is dit nu dat fameuze regenseizoen waarbij het een uur op een dag regent en voor de rest normale omstandigheden zijn? Daar lijkt het in alle geval niet op en de moed zakt me enigszins in de schoenen.

regen ubud zondvloed regenseizoen
Zondvloed in Ubud

Flash forward naar de komende weken: nee, dit was een uitzonderlijke zondvloed, maar ja, het regende wel elke dag tijdens het regenseizoen, telkens net na de noen werden we getrakteerd op een regenbui van ongeveer een uur. En de zondvloed van zonet is uitzonderlijk te noemen. Wanneer we na de anderhalf uur durende stortregen onze stoute, waterdichte schoenen aantrekken en via een klein steegje de hoofdweg van Ubud verlaten om enkele honderden meters verder in de Magical Ricefields te belanden, worden we daar geconfronteerd met de gevolgen van de extreme regenval.

regan ubud magical ricefields rain
Wandelpad of rivier?

Het idyllisch wandelpaadje dat ik me herinner van twee jaar eerder, is veranderd in een kolkende beek waar we tegenop moeten stappen. Desondanks is het uitzicht over de rijstvelden, waar lokale rijstboeren naarstig aan het werken zijn, nog altijd adembenemend mooi.


Na vijf honderd meter stroomopwaarts gebaggerd te hebben, komen we aan de Sweet Orange Warung, een romantisch plekje te midden van de rijstvelden waar ze heerlijke gerechtjes maken gekoppeld aan prachtige uitzichten. Deze warung, vrij vertaald brasserie of klein, lokaal restaurantje is net zoals vele van zijn soortgenoten een open ruimte waar enkel een dak boven ligt voor het geval het gaat regenen.

sweet orange warung magical ricefields ubud
Sweet Orange Warung

Muren heb je an sich niet nodig, aangezien de temperatuur er jaar in, jaar uit, dag en nacht, nooit onder de twintig graden zakt. Aan het plafond hangen honderden kokosnoten die na wat knutselwerk veranderd zijn in mensenhoofdjes en aan de bamboepalen die het dak ondersteunen hangen overal inspirerende quotes rond yoga, meditatie en self awareness.


rice fields sunset
Na regen, komt zonneschijn

Daags voordien waren we aangekomen in Ubud, na een rit van anderhalf uur. Onze taxichauffeur van dienst, Kadek, was vooral voor Delphine een inspirerend persoon die honderduit over meditatie en geestelijke gezondheid sprak. Hij zette ons af aan ons hotel aan de rand van Ubud, dat diende als uitvalsbasis voor onze zoektocht naar een villa. Het hotel was eigendom van de koning van Ubud kregen we te horen. We kregen er eveneens te horen dat we de eerste gasten waren in het hotel sinds het begin van de pandemie. Ondertussen was het gezapig beginnen regenen en leidde de receptionist ons door het hotel. Dat hotel had veel weg van een oud paleis of tempel te midden van de jungle. De muren en paden bestonden uit enorme grijze stenen blokken die weelderig overwoekerd waren met mos en planten.

Ibah Warwick ubud jungle
Hotel Indiana Jones stijl

De paden zelf waren overdekt doordat de gigantische bladeren van bananen- en palmbomen er boven hingen. Na een vijftigtal meter door deze wildernis kwamen we aan onze kamer die was opgetrokken in een oud-koloniale stijl, met hoge plafonds en een groot, statig bed met een enorm muskietennet boven. Als je nog iets verder op ontdekking ging in de jungle waarin het hotel zich bevond, dan kwam je precies terecht in een Indiana Jones film: overwoekerde paden, houten brugjes, zware poorten die leiden naar een goed verborgen tempel, kolkende riviertjes, … Het was er allemaal.

ibah warwick ubud
A Lovely Bath

De avond van onze aankomst zorgde de aanhoudende regen ervoor dat we in de dichtstbijzijnde warung gingen dineren. Bij binnenkomst schrok de voltallige staf van het hotel zich een bult. Waarschijnlijk waren we de eerste gast in vele dagen. Op het eerste zicht zaten we goed, het eten viel best wel mee, ook al was er tussen voor- en hoofdgerecht wel een gekko van een dertigtal centimeter door het restaurant gelopen, maar dat is duidelijk de normaalste zaak van de wereld. Maar naar het einde van de maaltijd, zien we plots iets passeren op één van de balken boven ons. Tot op vandaag blijven we er van overtuigd dat het een rat was en dan nog een ferm uit de kluiten gewassen exemplaar. Ook al is zijn aanwezigheid best logisch, het restaurant bevindt zich vlak naast een rivier en zoals al meermaals gezegd, alle gebouwen zijn hier compleet open, dus eenvoudig toegankelijk voor dieren, toch was dit het teken voor ons om ons bestek neer te leggen, angstig rond te kijken, de rekening te vragen en snel-snel terug naar ons hotel te gaan. Nooit gedacht dat het eerste beest waar we schrik voor zouden hebben, een dikke rat ging zijn. En zo werden onze eerste 24 uur in Ubud getekend door de regen en een dikke rat, maar ook door lekker eten en prachtige rijstvelden.

magical rice fields bali ubud padi drone
The Magical Rice Fields

Comments


nieuwsbrief
bottom of page