top of page
Fréderic

Deel 32: The Secret Gilis

Na een week in het zuiden van Lombok verbleven te hebben was het tijd om verder te trekken naar het zuidwesten van het eiland. Op de kaart leek dat een korte verplaatsing, twintig kilometer in vogelvlucht, maar pas toen ik de taxi instapte en de route ingaf in Google Maps, merkte ik wat voor een eind rijden dit was. De rit zou uiteindelijk twee uur duren met een totale afstand van tachtig kilometer. Maar goed, ik sta niet onder tijdsdruk, dus dat maakt op zich weinig uit.


Eenmaal aangekomen op mijn bestemming, een hotel bestaande uit een veertigtal bungalows en villa's, had ik wel meteen een vreemd gevoel. Het leek wel een spookhotel, een hotel dat leeg stond en helemaal niet meer in gebruik was. De poort was dicht, er stond geen enkele auto op de parking en er was ook geen kat te bespeuren, op twee personeelsleden na. Al snel werd duidelijk hoe dat kwam. Ik was namelijk hun enige gast. Onwezenlijk. Ik kreeg niet geheel onverwacht dan ook een upgrade naar een betere bungalow in dit toch wel een beetje vreemd aandoende hotel. Ik hou van rust en een relaxte omgeving, maar een resort waar bijna honderd mensen in kunnen voor mij alleen hebben, is toch een vreemde gewaarwording.

En dat zou niet de enige vreemde ervaring zijn. Na het inchecken en lunchen was het tijd om de omgeving rond het hotel te verkennen, want wat is hier nu eigenlijk? Wel, om eerlijk te zijn: niks. In een straal van vijf kilometer is geen restaurant of winkel te bespeuren. Er is werkelijk niets, nada, noppes, behalve houten hutjes en teveel luidruchtige moskeeën. "Maar waarom ben je dan in godsnaam naar daar getrokken?" Dat komt omdat Lombok normaliter mijn eerste bestemming ging zijn in mijn reis doorheen Indonesië en ik deze reis ook als eerste had gepland. En op dat moment leek het me nog zalig, een stukje ongerepte natuur vol met kleine eilandjes en prachtige snorkelplekjes. Maar ondertussen heb ik al een grote portie met mooiere eilandjes en prachtigere snorkelplekjes gehad, dus eigenlijk doet het mij niet meer zoveel.

Behoorlijk verlaten regio

Maar laat dit zeker geen afbreuk doen aan deze regio die nog altijd ongerepter en rustiger is dan Bali en ook een mooiere natuurpracht heeft dan dat eiland. Iemand die net kennis maakt met Indonesië en nog geen overdaad aan mooie stranden en eilandjes heeft gehad zoals ik, zal zeker zijn ogen uitkijken bij al dit schoons. Alleen is het zoals gezegd totaal niet toeristisch, al lijkt het er wel op dat men in de voorbije jaren een vruchteloze poging heeft gedaan. Daar zijn enkele grote, stijlvolle resorts de stille getuige van. En vooral stil, want ook in die resorts is er geen kat te bespeuren.

Zonsondergang op een prachtig eiland

Maar genoeg geklaagd en tijd om de drie dagen die ik hier ben, nuttig in te vullen. Op de eerste dag ben ik op de scooter gesprongen en de ganse kustlijn afgereden en op goed geluk af en toe een zijwegel ingereden in de hoop een mooie plekje te ontdekken. Dergelijke zijwegen bestaan meestal uit grindwegen of aangestampte aarde, bevolkt met koeien en bestrooid met koeienvlaaien, die je langs kleine vissersdorpjes leiden waar alle kinderen je aanstaren en vriendelijk zwaaien, waar de mannen proberen geld aan je te verdienen en de vrouwen je kwaad aankijken alsof je hun oudste dochter komt ontvoeren.

Schattige kleintjes

Maar ik geniet van elke seconde op de scooter, geniet van de velden vol palmbomen, geniet van de stranden waar het water tegen de rotsen klotst en geniet van de geur van de zee en vers gevangen vis. Uiteindelijk kwam ik helemaal op het einde van een schiereiland terecht op een plek waar ik met de scooter niet verder kon, maar er wel een klein paadje liep, dat ik volgde. Het pad leidde naar een rotsformatie die het uiteinde van het eiland vormde en waar een kleine, Hindoeïstische tempel was opgetrokken. Iets wat eerder ongewoon is op het Islamitische Lombok.

Op de tweede dag op dit schiereiland, besloot ik om toch te gaan snorkelen. Iets wat gezien zijn doodsheid en gebrek aan toeristen, niet eenvoudig was. Boek je online een georganiseerde trip, dan betaal je je blauw, aangezien je per boot betaalt en er geen andere toeristen zijn om de kost mee te delen. Dus moet je op zoek naar alternatieven. En die vond ik bij een man van de streek die ook snorkeltrips aanbood voor een normale prijs. Zo gezegd, zo gedaan trokken Daeng en mezelf van eilandje naar eilandje. De eilandjes zelf noemt men hier The Secret Gilis en zowaar kwamen we nog enkele andere boten tegen met toeristen. Daeng sprak maar beperkt Engels, maar wat hij sprak was zo schattig. "Have you seen the turtle" kwam er uit met een zacht stemmetje en een oprechte lach. En of we een schildpad hebben gezien. Eindelijk, de eerste keer dat ik een schildpad te zien kreeg tijdens het snorkelen in Indonesië. Een prachtexemplaar van ongeveer een meter lang. Helaas was dit net het enige moment van de ganse reis dat mijn camera dienst weigerde, maar gelukkig had mijn compagnon ook een camera bij. Naast dit prachtige dier kwam ik ook nog andere vissen tegen die ik nog niet eerder had gezien, zoals de wereldberoemde Nemo-vissen. Al bij al een heel aangename dag met mijn privé-gids.


Op de laatste dag van mijn verblijf hier, hield ik het rustig en genoot van de rust van het lege hotel. Maar tijdens een eerdere scootertocht had ik een opvallend restaurant gezien: The Blue Fin. Het restaurant was een dobberend ponton in zee waarrond allemaal kleine pontons waren bevestigd waarin verschillende vissen, kreeften, krabben en inktvissen zitten. En als je een bezoek brengt aan het restaurant, kun je zelf kiezen welke vis op je bord komt. Veel verser kan niet. En zo kwam een einde aan mijn stille verblijf in een verlaten deel van Lombok. Tijd om naar de veel bekendere en drukkere Gili's te trekken in het noord westen van het eiland.

Het drijvende restaurant




Comments


nieuwsbrief
bottom of page