Bali Reisgids: de leukste activiteiten in & om Ubud
Waarom nog een reisblog maken als er al duizenden bestaan en elk thema al zo vaak is besproken? Ook ik heb me op dergelijke websites gebaseerd toen ik naar Bali trok en kwam echter tot de conclusie dat vele van die reisblogs een eenzijdig positief verhaal brachten: alles is fantastisch en alles is de moeite waard om te bezoeken. Helaas is de werkelijkheid niet zo eenzijdig en helpen de vele valse reviews op Google en Tripadvisor niet (veel zaken geven korting of gratis drank in ruil voor een 5-sterrenreview). En wat ben je er mee als alles positief wordt voorgesteld als je maar enkele dagen op een bepaalde locatie bent? Hoe moet je dan keuzes maken? Daarom probeer ik via een oprecht, no-nonsense lijstje nuttige informatie verzamelen die je écht kan gebruiken om jouw trip te plannen.
Ubud: algemene impressie
​
​
​
Ubud is de plek in Bali waar ik me thuis voel. Niet dat het liefde op het eerste zicht was. De stad is druk en kan wel wat vernieuwing gebruiken. Maar de combinatie van ontelbare heerlijke restaurants van divers pluimage, de prachtige rijstvelden en jungle net buiten de stad, de centrale ligging, het heerlijke klimaat, het spirituele en religieuze, de mensen, ... dat alles samen maakt het voor mij dat Ubud de perfecte plek is om te wonen.
​
-
Top ervaring ***
-
Aanrader **
-
Leuk als je tijd over hebt *
-
Links laten liggen
Top ervaring​ ***
​
​
​
1. Magical Rice Fields
​
Amper enkele honderden meters verwijderd van het centrum van Ubud, ligt mijn favoriete plek in Ubud. Om er te geraken, moet je eerst een piepklein steegje vinden vlak bij één van de hoofdstraten van Ubud. 99 procent van de mensen stapt hier nietsvermoedend voorbij, terwijl dit steegje leidt naar een verborgen parel in Ubud (vind het op google maps links van Paon). Na een wandeling van enkele honderden meters die allesbehalve gemakkelijk zijn (eerst moet je twintig meter stappen langs een afgrond van tien meter diep, daarna moet je twee maal over houten planken stappen die het weggespoelde pad vervangen), wissel je de drukte en hectiek van Ubud in voor de rust en uitgestrektheid van deze magische rijstvelden die zich kilometers ver uitstrekken.
Wandel dit paadje met prachtig zicht verder af tot je aan de Sweet Orange Warung komt en geniet daar van de rust en de natuur, amper enkele honderden meters verwijderd van de drukte van de stad. En hoe verder je het pad afstapt, hoe gemakkelijker het wordt om het te volgen. Dankzij enkele private initiatieven, zamelt men geld in om het slecht onderhouden pad te vernieuwen. Hierbij maken ze gebruik van donaties van bezoekers die in ruil hun tekst op de tegel mogen placeren.
Nadat je de Sweet Orange Warung verlaat en het pad verder afstapt, kom je na ongeveer vijfhonderd meter aan een splitsing: rechts keer je terug naar de stad, waarbij je langs de Street Market wandelt, links kun je nog een kilometer verder stappen door de rijstvelden tot dit pad doodloopt.
​
2. Campuhan Ridge Walk
Ongeveer een kilometer van het hart van Ubud, vind je nog een tweede prachtige wandelroute, dit keer met een jungle zicht. De Campuhan Ridge Walk is eentje die behoorlijk bekend is en al zeker het beeld van de palmbomen bovenop de heuvel. De wandeling zelf begint aan het Ibah hotel waar je links een steile afdaling neemt die leidt naar een imposant tempelcomplex. Als er geen ceremonies zijn, kun je die bezoeken, maar zelfs als je niet binnenstapt, kun je genieten van het zicht op enkele van de torens. Recht tegenover de ingang van de tempel, leidt een stenen trap tot aan het punt waar de twee rivieren die rondom de kam van de Campuhan Ridge lopen, samenvloeien.
Om aan het pad zelf te beginnen, moet je één van de kolkende rivieren over. Daarna wacht een wandeling van twee kilometer, waarbij vooral de eerste vijf honderd meter stevig bergop gaan, tot aan de top van de heuvel. Vanaf daar gaat het op-en-af langs de bekende palmbomen om uiteindelijk uit te komen in Campuhan, een kunstenaarsdorpje waar in ieder geval veel mooiere dingen te vinden zijn dan in de kunstmarkt van Ubud zelf. Loop dus zeker nog een stukje verder als je aan het einde van het pad bent gekomen. Terugkeren naar Ubud kan op twee manier: ofwel op je stappen terugkeren, ofwel een taxi nemen die je langs de andere zijde terug naar Ubud brengt.
3. Bali Bird Park & Bali Reptile Park
Dit zijn twee aparte parken maar ik bespreek ze samen aangezien beide parken vlak naast elkaar liggen. Vroeger kon je een ticket kopen voor beide parken samen, maar dat is nu niet meer mogelijk. Op die tickets is trouwens een Westerse prijs geplakt. Maar beide parken zorgen wel voor een unieke ervaring. Het begint al bij het binnenkomen. In het Bird park zul je meteen grote papegaaien in alle kleuren van de regenboog zien zitten. En niet in kooien, maar wel gewoon vrij en onbezorgd op de takken van de bomen. Indien gewenst kun je met hen op de foto. En ook in het reptielenpark zul je al van bij de kassa geconfronteerd worden met gigantische reptielen, want daar ligt meestal een python van ettelijke meters vergezeld van een leguaan van anderhalve meter.
Wie Bali Bird park wil bezoeken, trekt daar best anderhalf tot twee uur voor uit. Ik ga hier niet beginnen opsommen welke vogels je er allemaal kunt zien, maar de eerder aangehaalde kleurrijke papegaaien die in vrijheid leven samen met de loslopende kroonvogels, pauwen en pelikanen zijn zeker uniek om te zien.
Toegangsprijs Bali Bird Park:
​
Volwassene:
385.000 IDR (ong. 23 EUR)
-16 jaar:
192.500 IDR (ong. 12 EUR)
​
Openingsuren:
​
9:00 tot 17:30
Ook paradijsvogels, neushoornvogels of cassowaries zijn een lust voor het oog, al zitten die helaas wel opgesloten. Maar het leukste om te doen is het voederen van de vogels in de grote volière. Dan komen de rode vogels op je af (sorry, mijn ornithologische kennis is te beperkt om een naam op deze vogel te plakken), met het nodige getater erbij, om uit je hand te eten. Daarbij zijn ze absoluut niet mensenschuw en springen ze op je hoofd, schouders of armen.
Het naburige reptielenpark, daar ga je normaliter iets sneller door heen. Meestal krijg je een persoonlijke gids die met je meegaat en wat uitleg geeft bij de dieren die je ziet. Ik persoonlijk heb een gigantische fobie voor slangen en dit bezoek was op dat vlak dus geen pretje voor mij, zeker omdat ik daar leerde dat sommige van de meest dodelijke slangen ter wereld (en ja, die leven allemaal op Bali), amper langer zijn dan een halve meter en zo dik als een duim. Naast cobra's en andere dodelijke slangen, kun je er ook verschillende soorten krokodillen zien. Maar het meest tot de verbeelding sprekende stuk van dit park, is het moment waarbij je in de kooi mag kruipen met de niet-dodelijke reptielen. Daar zitten leguanen, varanen en schildpadden van één tot twee meter lang. let wel op waar je je voeten zet, zeker als je angstig achteruit loopt.
Toegangsprijs Bali Reptile Park:
​
Volwassene: 180.000 IDR (ong. 11 EUR)
-16 jaar : 90.000 IDR (ong. 5 EUR)
​
Openingsuren:
​
9:00 tot 17:00
Aanrader **
​
​
​
1. Ubud Sacred Monkey Forest
​
Dit is waarschijnlijk de meest unieke bezienswaardigheid van Ubud. Het bos, dat in het zuiden van de stad ligt, is behoorlijk groot en zit vol met honderden, volgens sommigen meer dan duizend, langstaart makaken die vrij rondlopen en slingeren door de bossen. Met andere woorden, je bevindt je te midden van de apen en hun territorium, wat een unieke ervaring is. Op zich is het niet gevaarlijk, maar let er wel op dat je geen voeding bij je hebt, ook niet ergens in een rugzak, want daar komen de apen zeker op af. Kijk ze ook niet recht in de ogen of lach niet naar hen, want daarop kunnen ze agressief reageren.
Toegangsprijs:
​
Ma-Vr:
Volwassene: 80.000 IDR (ong. 5 EUR)
-16 jaar : 60.000 IDR (ong. 4 EUR)
​
Za-Zo:
Volwassene: 100.000 IDR (ong. 6 EUR)
-16 jaar : 80.000 IDR (ong. 5 EUR)
​
​
Openingsuren:
​
9:00 tot 18:00
De reden waarom het bos heilig is, is door het feit dat er drie tempels in het bos zijn, maar ook omwille van verschillende bomen die voor de Balinezen als heilig worden ervaren. Het heeft dan ook een hoog Lara Croft gehalte om de wandeling van anderhalf uur door de bossen en tempels te maken.
Wil je apen in het wild zien, is dit dus je bestemming in Ubud. Al hoef je helemaal niet in het bos zelf te gaan om de apen te zien. Tijdens de dag zul je tot op vijfhonderd meter van het bos apen zien rondlopen in de stad, zowel op straat als op de daken, in hun zoektocht naar eten.
2. Tegallalang Rice Terrace
​
Een klein half uurtje rijden ten noorden van Ubud, bevinden zich de bekendste rijstvelden van gans Bali. Net buiten het dorpje Tegallalang, liggen deze ongelooflijk mooie rijstterrassen, opgetrokken tegen de steile wanden van de rivierkloof. Afhankelijk van de fase waarin de rijstoogst zich bevindt, zal de omgeving felgroen dan wel goudgeel kleuren. Of onder water staan als de rijst net is geplant.
Zeker voor wie vroeg uit de veren kruipt is het een heerlijke omgeving. Niet enkel is de vallei dan erg rustig, maar als de ochtenddauw nog uit de vallei opstijgt, zorgt het ook voor een mystieke sfeer.
​
Voor wie graag door de rijstvelden wil wandelen, die kan dat zeker doen. Daarvoor moet je wel via één van de bars en restaurants afdalen tot aan het kleine riviertje onderaan de rivierkloof. Daar liggen op verschillende plekken kleine brugjes waar je kunt oversteken en aan een wandeling door de rijstvelden kunt beginnen. Hou er wel rekening mee dat aan quasi elke bar iemand zal staan die een toegangsprijs zal vragen. De enige uitzondering waar ik weet van heb, is Tis, een bar/restaurant opgetrokken uit bamboe helemaal aan het einde van de weg die langs de rijstvelden loopt.
​
TIP: Amper enkele honderden meters van Tegalalang liggen niet-toeristische rijstvelden die eveneens prachtig zijn, zoals je in onderstaand filmpje kun zien. Daarvoor moet je de weg die langs Tegalalang leidt nog tot het einde volgen en dan linksafslaan (zie google maps)
Wat mij betreft is het echter niet allemaal rozegeur en maneschijn. Langs de vallei zijn er een veelheid aan bars en zwembaden met zicht op de rijstvelden neergeplant. Samen met de tientallen schommels, nestjes en godbetert zelf kabelfietsen waarmee je over de kloof kunt fietsen. En als hoogtepunt is er een club die de vergunning heeft gekregen om op vrijdag loeiharde muziek te spelen die door gans de vallei weerklinkt. Het is allemaal wat overdreven toeristisch geworden, waardoor het de authentieke sfeer van deze prachtige omgeving teniet doet. Al zal dat voor velen die naar hier trekken, net onderdeel van de aantrekkingskracht zijn.
3. Pura Gunung Kawi
Deze tempel bevindt zich ten noorden van Ubud op ongeveer een half uur rijden van de stad. Om de tempel te betreden, moet je eerst een lange trap afdalen tot aan de boorden van de Pahkerisan-rivier die doorheen de tempel stroomt. Een rivier te midden van een tempel. Jawel, want in tegenstelling tot wat Christenen, Joden of Moslims gewoon zijn in hun kerken, synagogen en moskeeën, bevinden de Hindoeïstische tempels zich namelijk altijd in de open lucht.
Toegangsprijs:
​
50.000 IDR (ong. 3 EUR)
​
Openingsuren:
​
8:00 tot 18:00
In het tempelcomplex zelf bevinden zich twee grasvlakten, één aan elke kant van de rivier. Uit de rotswanden zijn in totaal tien schrijnen van elk ongeveer 8 meter uitgehouwen. Dit bouwwerk werd bijna duizend jaar geleden opgetrokken als eerbetoon aan de Warmadewa-dynastie. Ten zuiden van de open vlakte met de schrijnen, ligt nog een typisch Hindoe-tempel complex en wie nog iets verder doorwandelt komt uit op enkele kleine grotten waar men mediteert en offers brengt.
En voor wie bij de les blijft en goed rondkijkt, die zal merken dat er maar negen schrijnen zijn. Dat komt omdat één van de tien schrijnen zich niet aan de boorden van de rivier bevindt, maar wel in een apart gedeelte van de tempel dat je via een klein paadje kunt bereiken.
​
Tot slot, zoals in quasi elke tempel op Bali, ben je genoodzaakt om je aangepast te kleden, wat in de meeste plaatsen betekent dat je je schouders en benen moet bedekken met een "sarong" of doek.
4. Pura Tirta Empul
​
Vlakbij Pura Gunung Kawi, bevindt zich nog een tweede tempel alwaar de bron ligt van de rivier die door bovenstaande tempel stroomt. Deze watertempel werd duizend jaar geleden opgetrokken bovenop een voor de Balinezen heilige bron. Volgens de legende zou er toentertijd een kwaadaardige koning geheerst hebben over Bali. Deze koning met boeddhistische achtergrond droeg de naam Mayadenawa. Hij bezat bovennatuurlijke krachten en verbood het Hindoeïsme op het eiland. Op een bepaald moment zou er echter een strijd uitgebroken zijn tussen Mayadenawa en zijn volgelingen aan de ene kant en de Hindoeïstische godin Indra met in haar spoor de hindoeïstische Balinezen aan de andere kant. De koning probeerde zijn tegenstanders te vergiftigen, maar om dit tegen te gaan, liet Indra heilig water uit de grond komen die het gif neutraliseerde waardoor haar volgelingen gered konden worden én de stijd uiteindelijk werd gewonnen. De bron van dit water werd nadien dan ook de plaats waar Pura Tirta Empul werd gebouwd.
Op vandaag is het een belangrijke toeristische locatie waar ieder die zich letterlijk en figuurlijk wil onderdompelen in een traditionele Balinese zuivering, welkom is. Vooraleer je echter in het heilige water mag stappen, moet je je eerst omkleden en tooien in een groene of blauwe sarong. Daarna volgt een moment van bezinning op het binnenplein gevolgd door een offer aan de goden. Eenmaal dat is gebeurd, is het tijd om het water in te gaan. Dat heilige water is verdeeld over twee baden. Het linkse bad dient voor de reiniging van het lichaam en telt dertien fonteinen. Aan elk daarvan moet je kort mediteren, drie maal water in je gezicht gooien, water proeven en tot slot je kop onder de fontein steken.
​Nadat je dit ritueel bij elke fontein hebt herhaald, is het tijd om te verkassen naar het tweede, rechtse bad voor de reiniging van ziektes die zich in het innerlijke lichaam bevinden, om tot slot te eindigen bij de laatste fontein, waar je extra tijd neemt om de geest te reinigen en een wens te doen. Ga nadien niet op zoek naar handdoeken, want die zul je er niet vinden. Het heilige water moet dan ook zolang mogelijk aan je lijf blijven plakken.
5. Tegenungan Waterval​
​
Deze bezienswaardigheid ligt op een locatie een klein half uurtje ten zuiden van Ubud. De waterval zelf is, in tegenstelling tot de meeste watervallen op Bali, geen rustig kabbelende beek die naar beneden valt en één of twee meter breed is, maar wel een volwaardige rivier die met volle kracht vijventwintig meter naar beneden dondert. Het is ook één van de weinige bekende watervallen in Bali, die zich niet in de bergen bevindt en dus gemakkelijk bereikbaar is. Vandaar ook zijn grote toeristische aantrekkingskracht. Daarmee hebben we meteen ook een pijnpunt van deze waterval aangeraakt. Nadat je eerst een twintigtal winkeltjes bent gepasseerd, kun je aan de afdaling richting waterval beginnen. Daarbij zal niet enkel de majestueuze waterval opvallen, maar ook de bonkende beats van de club die zich vlak naast de waterval bevindt. Het is totaal mijn ding niet en in mijn ogen één van de manieren waarop het toerisme authentiek Bali kapot maakt, maar wie ben ik. Gelukkig overstemt de waterval de muziek eenmaal je aan de boorden van het water bent aangekomen.
Toegangsprijs:
​
20.000 IDR (ong. 1 EUR)
​
Openingsuren:
​
8:00 tot 18:00
Leuk als je tijd over hebt *
1. Saraswati Tempel
Deze watertempel vind je in het hart van de stad, waardoor het stom zou zijn om er niet binnen te glippen. De Saraswati tempel is een mooie Boeddhistische tempel, omgeven door grote vijvers waar gigantische, witte lotussen op groeien. Het levert mooie plaatjes op al is het in mijn ogen niet de meest spectaculaire plek om te bezoeken. 's Avonds wordt de tempel ook gebruikt voor optredens met typische Balinese dans.
Toegangsprijs:
​
50.000 IDR (ong. 3 EUR)
​
Openingsuren:
​
7:00 tot 17:00
TIP: Sinds 1 januari 2024 is deze tempel helaas niet meer gratis te bezichtigen. De prijs om er binnen te gaan is 50.000 IDR (ong 3 EUR), wat voor een zeer kleine tempel in Bali erg hoog is. Beter ga je in het ernaast gelegen Lotus Café een koffie drinken voor dezelfde prijs, met hetzelfde zicht.
Toegangsprijs: ​50.000 IDR (ong. 3 EUR)
​
Openingsuren: ​8:00 tot 18:00
2. Paleis van Ubud
Vlak naast de Saraswati tempel, ligt het paleis van Ubud. Het klinkt spectaculair en als je de reviews op google mag geloven is het een plek vol pracht en praal, maar eerlijk, ik zie het niet. Het domein is niet groter dan een tennisplein, de gebouwen zien eruit zoals honderden andere gebouwen op bali en de binnenkoer is… een binnenkoer. Maar bon, het is gratis en het ligt in het centrum, dus neem vooral zelf een kijkje. Na zonsondergang kun je ook hier gaan kijken naar de typische Balinese dansvoorstellingen.
3. Ubud Street Market
​
Vlakbij de tempel en het paleis, vind je ook de markt van Ubud. Geen vismarkt of groenten- en fruit markt, maar wel een “kunst”markt. En kunst staat niet toevallig tussen haakjes. Ben je op zoek naar brol en bucht? Dan ben je hier aan het juiste adres. Een kilometer lang straatkraampjes met allerlei toeristische spullen die je normaal nooit zou kopen. Maar doordat de zon schijnt, je in een goeie stemming bent én omdat je dan thuis kunt zeggen dat je iets op de markt in Bali hebt gekocht nadat je ferm hebt afgedongen, is deze plek toch een succes onder toeristen. Maar t-shirts met “Bali” op, houten penissen in alle kleuren en lengtes, armbandjes, gevlochten handtassen met schelpjes op, kunst noemen? Jan Hoet draait zich om in zijn graf. Ok, genoeg negativiteit. De markt op zich, heeft een bepaalde gezelligheidsfactor: de zon, de kleuren, een gezellige drukte, af en toe wat okselgeur,... Het is leuk om er eens door te flanneren.
Recentelijk zijn er wel wat wijzigingen geweest. Oorspronkelijk was de markt opgesplitst in twee straten (de ene naast de Saraswati tempel die ik hierboven vermeldde, de andere parallell aan Jalan Monkey Forest). In 2023 heeft men echter een gigantisch marktgebouw van twee verdiepingen neergepoot op de oude locatie van de straatmarkt. Daarin zitten nu redelijk wat kraampjes opgeborgen, wat helaas wel een groot deel van de van de markt wegneemt: het kuieren door kleine, zonovergoten straatjes.
4. Kanto Lampo Waterval
​
De Kanto Lampo Waterval ligt in Gianyar, de stad ten oosten van Ubud en is vooral geliefd bij "influencers" die mooie plaatjes willen schieten tegen een achtergrond van water en rotsen. Een waterval met een uniek beeld, maar zeker niet de meest tot de verbeelding sprekende waterval van Bali al wordt dat wel zo voorgesteld in vele reisblogs.
Toegangsprijs:
​
20.000 IDR (ong. 1 EUR)
​
Openingsuren:
​
7:00 tot 17:00
5. Bali Zoo
​
Deze dierentuin bevindt zich amper vijf minuten van het Bali Bird Park & Reptile Park, dus wie nog niet genoeg dieren gezien heeft, kan hier terecht en oog in oog staan met 500 verschillende diersoorten. Ik heb er prachtige ervaringen gehad met leeuwen, tijgers en apen, ervaringen die je hier in detail kunt lezen. Het is een leuke plek om een halve dag door te brengen. Helaas bloedt mijn hart voor dieren hier wel een beetje bij, want de dierentuin is er nog eentje zoals wij die kenden voor de eeuwwisseling, met andere woorden, met een beperkt oog voor dierenwelzijn en dieren die duidelijk getraumatiseerd zijn door hun levensomstandigheden.
Toegangsprijs:
​
Volwassene:
355.500 IDR (ong. 21 EUR)
​
-12 jaar:
252.000 IDR (ong. 15 EUR)
​
Openingsuren:
​
9:00 tot 17:00
6. Pura Goa Gajah
Deze tempel net buiten Ubud, staat ook bekend onder de naam Olifantentempel. Olifanten zul je er helaas niet tegenkomen, maar het is wel een mooie tempel met vele waterpartijen.
Toegangsprijs:
​
50.000 IDR (ong. 3 EUR)
​
Openingsuren:
​
8:00 tot 17:00
Toegangsprijs: ​100.000 IDR (ong. 6 EUR)
​
Openingsuren: ​9:00 tot 18:00
Links laten liggen
1. Butterfly Park
​
Het vlinderpark ligt vlak naast de Tegenungan Waterval en het is wel leuk omdat je er vlinders ziet die gemakkelijk twintig centimeter groot zijn. Maar je bent er normaal gezien in een kwartier terug buiten, wat in verhouding tot de toegangsprijs een beetje sneu is.
2. The Glass Bridge
Deze brug loopt 40 meter boven de rivier die de Tegenungan Waterval vormt en verbindt beide oevers met een lengte van 200 meter en is volledig in doorzichtig glas opgetrokken. Maar je ziet er eigenlijk amper meer dan dat je zou zien als je bovenaan de heuvel staat en de prijs is daarenboven naar Balinese normen erg duur in vergelijking met wat je krijgt.
Toegangsprijs:
​
250.000 IDR (ong. 15 EUR)
​
Openingsuren:
​
7:00 tot 18:00